Afwijkingen bij de baby

Wanneer we kijken naar één van de mogelijke redenen voor een zwangerschapsinterruptie, is dit een reden m.b.t. de gezondheid van de foetus. In de wet van 3 april 1990 wordt er omschreven dat een afbreking van de zwangerschap na 12 weken mogelijk is wanneer de foetus lijdt aan een uiterst zware kwaal die als ongeneeslijk wordt erkend op het ogenblik van de diagnose.

Het begrip ‘uiterst zware kwaal’ wordt niet verder omschreven waardoor de invulling ervan volledig aan de medische wetenschap overgelaten wordt. Het Zorgnet Vlaanderen stelde een advies nummer 13 op, waarin enkele parameters terug te vinden zijn waarmee het respect voor het menselijk leven geëvalueerd wordt. Dit doet men aan de hand van klinische criteria (ernst van de aandoening, de levensverwachting en kwaliteit van leven van het kind en de behandelbaarheid).

Bij een beoordeling van proportionaliteit moeten minstens volgende vragen beantwoord worden :

  • Gaat het om een levensbedreigende ziekte of aandoening en heeft het kind reële levenskansen?
  • Is het leven van het kind langdurig genoeg of staat het een ernstig lijden te wachten ?
  • Is er een grote evenredigheid tussen de verwachte levenskwaliteit en de kosten, zorg, inspanning en inzet van medische apparatuur om het kind in leven te houden?
  • Staat het kind een normaal leven te wachten zonder de aantasting van de kwaliteit ervan?

Wanneer deze vragen goed in overweging worden genomen, kan men pogen een beeld te creëren van de levensverwachtingen van het kind.

In dit onderdeel van de website worden de meest voorkomende afwijkingen bij de baby beschreven. Elke afwijking wordt toegelicht a.d.h.v. tekst en beeldmateriaal. Bij elke afwijking vindt u bijhorende symptomen, de mogelijke behandelingen en de verdere levensverwachting van het kind.